Joseph Beuys geldt tegenwoordig als een van de belangrijkste protagonisten van de kunst van de 20ste eeuw. Zijn werk rijkt van traditionele kunstvormen als tekeningen, schilderijen en beelden tot multiples en grote installaties tot en met optredens in het openbaar. Op die manier gaf hij inhoud aan de door hem gepropageerde Erweiterter Kunstbegriff – het verruimde begrip van kunst - in het kader van zijn acties of als politiek redenaar en activist.
De stichting Museum Schloss Moyland bezit met zo'n 6.000 werken de grootste collectie werk van Joseph Beuys ter wereld.
1921
Op 12 mei geboren in Krefeld, in de herfst verhuisde de familie naar Kleef.
1931–1940
Beuys gaat naar het staatsgymnasium Cleve (sinds 1938 Hindenburg Oberschule – Staatliche Oberschule: de middelbare school voor jongens).
1940–1945
Vrijwillige aanmelding voor de Duitse luchtmacht, de Luftwaffe, in de late zomer van 1940. Opleiding tot marconist en piloot in opleiding. Hij doet dienst als marconist en boordschutter van een aanvalssquadron, met name in Zuid-Italië, Kroatië, de Oekraïne en het schiereiland de Krim. In 1944 stort hij neer boven de Krim. Na de Duitse capitulatie in Britse krijgsgevangenschap, hij wordt in de zomer van 1945 vrijgelaten.
1946–1951
Studie van de beeldhouwkunst aan de Staatliche Kunstakademie in Düsseldorf, om te beginnen bij Joseph Enseling, vanaf 1947 bij Ewald Mataré. In 1951 afronding van zijn academische studie bij Mataré als Meisterschüler (meesterstudent). Eerste aankoop van werk door de gebroeders Hans en Franz Joseph van der Grinten. Samen met Erwin Heerich neemt Beuys in 1951 tot zijn exmatriculatie in 1954 zijn intrek in een atelier onder het dak van de academie.
1953
Eerste eigen tentoonstelling in het huis Van der Grinten in Kranenburg.
1957–1958
In de vroege zomer van 1957 verblijf in Kranenburg in het huis Van der Grinten, Genezing van een zware artistieke en psychische crisis. Deelname aan een internationaal concours voor een monument in het vroegere concentratiekamp Auschwitz-Birkenau. Beuys gaat werken in een atelier in het vroegere Kurhaus in Kleve.
1959
Voltooiing van het monument Ehrenmal voor de doden van de beide wereldoorlogen van de gemeente Büderich bij Düsseldorf. Huwelijk met Eva Wurmbach.
1961
Benoeming tot professor voor monumentale beeldhouwkunst aan de Staatliche Kunstakademie Düsseldorf. Beuys verhuist naar een atelier aan de Drakeplatz in Düsseldorf-Oberkassel. Tentoonstelling met werk uit de collectie Van der Grinten in het stedelijk museum Haus Koekkoek in Kleef.
1963–1965
Hans en Franz Joseph van der Grinten organiseren de zogenaamde Stallausstellung "Josef Beuys – Fluxus" in het huis Van der Grinten in Kranenburg. Eerste acties, deelname aan de "documenta III" in Kassel alsmede een eerste eigen tentoonstelling 1965 in de Galerie Schmela in Düsseldorf.
1967
Een eigen tentoonstelling in het stedelijk museum Mönchengladbach. Verzamelaar Karl Ströher koopt vrijwel al het werk dat in de tentoonstelling wordt gepresenteerd.
1967–1972
1967 Oprichting van de Duitse Studentenpartei. In 1968 deelname aan de "documenta IV" in Kassel. 1970 oprichting van de Organisatie voor Niet-stemmers - Vrij Referendum (Organisation für Nichtwähler – Freie Volksabstimmung) en in 1971 met Karl Fastabend en Johannes Stüttgen de oprichting van de Organisatie voor Directe Democratie door Referendum (Organisation für direkte Demokratie durch Volksabstimmung). In 1971 tentoonstelling in het Moderna Museet in Stockholm "Joseph Beuys – Aktionen, Zeichnungen und Objekte (acties, tekeningen en objecten) 1937–1970 uit de collectie Van der Grinten".
1972
Deelname aan de "documenta 5" met het Bureau van de Organisatie voor directe democratie door referenda. "Bezetting" van het secretariaat van de Kunstakademie Düsseldorf in oktober 1972 om de toegang van afgewezen kandidaten tot de studie af te dwingen. Beuys wordt als professor op staande voet ontslagen. Het daarop volgende proces eindigt in 1978 met een schikking.
1972–1974
Reizen in het kader van voordrachten in Engeland, Ierland, Schotland, Italië en de VS om zijn idee van de sociale sculptuur te propageren.
1973
Beuys richt samen met Heinrich Böll en Klaus Staeck de vereniging tot promotie van een Vrije Internationale Hogeschool voor creativiteit en interdisciplinair onderzoek, een geregistreerde vereniging (eingetragener Verein, afgekort e. V.) op. Daaruit ontstaat de Free International University (F.I.U.), die in Duitsland, Ierland, Schotland, Italië en Nederland actief is.
1976
Deelname aan de 37ste Biennale in Venetie met de installatie "Strassenbahnhaltestelle/Tramstop/Fermata del Tram 1961–1976 – A monument to the future" (tramhalte 1961-1976, een monument voor de toekomst). Beuys is bij de Duitse verkiezingen voor de Bondsdag de lijsttrekker in de deelstaat Noordrijn-Westfalen en directe kandidaat voor de AUD, de Aktionsgemeinschaft Unabhängiger Deutscher (de actiegroep onafhankelijke Duitsers).
1977
Beuys realiseert op de "documenta 6" de installatie "Honigpumpe am Arbeitsplatz 1974–1977" (honingpomp op de werkplek 1974-1977). Workshops van de F.I.U. zijn onderdeel van het kunstwerk.
1979
Groot retrospectief in het Solomon R. Guggenheim Museum in New York.
1980
Deelname aan de oprichtingsdag van de partij van de Grünen in Karlsruhe. Deelname aan de 39ste Biennale in Venetië met de installatie "DAS KAPITAL RAUM 1970–1977" (het kapitaal, ruimte 1970-1977). Beuys is directe kandidaat van de partij van de Grünen voor de kieskring Düsseldorf-Noord. Opening van de Vrije Internationale Universiteit in zaal 3 van de Kunstakademie Düsseldorf.
1982
Beuys is op de "documenta 7" vertegenwoordigd met het project "7000 eiken – Stadtverwaldung statt Stadtverwaltung" (stadverboming in plaats van stadsbestuur). De laatste boom wordt na zijn dood in 1987 geplant door zijn zoon Wenzel.
1985
In december bouwt Beuys in het Museo di Capodimonte in Napels zijn laatste installatie op: "Palazzo Regale".
1986
Op 12 januari houdt Beuys zijn laatste rede, naar aanleiding van het toekennen van de Wilhelm Lehmbruckprijs van de stad Duisburg. Op 23 januari sterft Joseph Beuys in Düsseldorf.